Cognitieve gedragstherapie is een vorm van psychotherapie. In deze behandeling krijg je inzicht in je denkpatronen: je onderzoekt hoe je gedachten samenhangen met je gevoelens en gedrag. Vervolgens leer je hoe je de gedachten die ongewenste gevoelens geven om kunt buigen naar gedachten die wél gewenste gevoelens geven
Een voorbeeld van niet-helpende gedachten
Je komt je buurman op straat tegen en groet hem, maar hij groet niet terug. Vervolgens denk je: ‘Heb ik iets verkeerd gedaan? Hij mag me zeker niet.’ Een mogelijk gevolg is dat je er door vervelend voelt en dat je jouw buurman de volgende keer uit de weg gaat. De gedachten zijn ‘niet helpend’. Ze zorgen voor negatieve gevoelens en gedrag.
Gedachten onder de loep
In bovenstaand voorbeeld denk je dat jouw buurman je niet mag, omdat hij je niet teruggroette. Er kunnen ook gedachten in je opkomen als: ‘Hij negeert me gewoon, wat onaardig van hem’. Veel gedachten komen onbewust en automatisch op. Deze verschillende gedachten leiden allemaal tot verschillende gevoelens: verdrietige, boze en neutrale gevoelens. Via deze gedachten kun je dus grote invloed hebben op hoe je je voelt. De situatie is precies hetzelfde, de gedachten en gevoelens zijn anders. Gedachten die je prettige of neutrale gevoelens geven zijn ‘helpende gedachten’.
Helpende denkpatronen
Het doel van cognitieve gedragstherapie is het aanleren van helpende denkpatronen. Als mensen hun manier van denken veranderen, dan verandert dat ook hoe zij zich voelen. Uit onderzoek blijkt dat cognitieve gedragstherapie effectief is bij het behandelen van bijvoorbeeld angsten en depressie.