Schokkend maar waar: wij als moderne mens brengen gemiddeld zo’n negentig procent van onze tijd binnenshuis door, óók in de lente. Voldoende naar buiten gaan blijft van belang, want natuurlijk daglicht is belangrijk voor allerlei processen in ons lijf. Maar als dat even niet kan, kun je ook thuis het juiste licht laten schijnen. Leer en profiteer!
Zonder licht kunnen we niet leven. Zo simpel is het. Tal van processen in ons lijf zijn afhankelijk van licht. Dat zit zo, legt psycholoog Karl Ryberg uit: “Elke cel in ons lichaam heeft een eigen innerlijk klokmechanisme waarin cellulaire moleculen in bepaalde verhoudingen op en neer gaan. De semistabiele ritmes worden circadiane ritmes genoemd, een Latijns woord dat ‘circa op één dag’ betekent. Deze ritmes drijven letterlijk in het rond en de enorme aantallen losjes daarmee verband houdende biologische reacties moeten strak worden gecoördineerd. Anders wordt het een puinhoop, net als bij een groep muzikanten zonder dirigent. En wie is de dirigent van onze cellulaire jamsessie, die biljoenen reacties op elkaar afstemt? Onze oude vriend, de zon.”
“Zonlicht dat door onze ogen binnenkomt, zorgt voor een signaal naar de nucleus suprachiasmaticus, te vergelijken met de tijdopzichter in ons brein, die zich boven de kruising van de oogzenuwen bevindt. Deze zenuwcellen worden beïnvloed door het binnenkomende licht via de ogen en sturen op basis daarvan onze lichaamsfuncties aan. Een buitengewoon ingewikkeld proces!”
4 stappen voor het juiste licht in huis
Daglicht is voor allerlei processen belangrijk. Het bepaalt je humeur, je slaapritme en heeft zelfs invloed op je bloeddruk en concentratievermogen. Allemaal dingen waar je zoveel mogelijk van wil profiteren – maar hoe doe je dat als je veel binnen bent? “Waar de zon niet naar binnen kan, moet een dokter komen”, luidt een Italiaans gezegde. Een gezegde dat we helemaal goed in ons oren moeten knopen omdat we zo’n negentig procent van onze tijd binnen doorbrengen. Meer naar buiten gaan blijft natuurlijk de beste en gezondste oplossing, maar je kunt het ‘zonnetje’ ook zelf in huis halen. Met dit stappenplan profiteer je van de voordelen van licht zonder je huis te hoeven verlaten.
Stap 1: Lap je ramen
Ramen lappen? Ja, echt! Je zult ervan versteld staan hoeveel licht wordt weggenomen door groezelige ramen. Mijd daarnaast donkere kozijnen. Ook donkere vensterbanken stelen kostbaar binnenkomend zonlicht. Ga voor lichte kozijnen in een glanzende wit- of pasteltint.
Stap 2: Check de lichtsterkte van kunstlicht
Niet alleen zonlicht, maar ook kunstlicht is van invloed op hoe we ons voelen. Koel licht bevordert ons concentratievermogen, terwijl warm licht zorgt voor sfeer en uitnodigender en flatterender is. Kijk eens met deze wetenschap naar de lichtbronnen in de verschillende ruimtes van je huis. Schijnt op alle plekken in jouw huis het juiste licht?
Lux is de meeteenheid voor lichtsterkte. Dit zijn de vuistregels voor de juiste lichtsterkte die je nodig hebt in je huis:
- 100 lux in je woonkamer
- 150 lux in de hal
- 300 lux voor een werkkamer
- 100 lux in de keuken, maar 300-400 boven je werkblad
- 50-100 lux in de badkamer, maar 300-400 bij de badkamerspiegel
- 500-1000 lux boven een bureau of werkbank waar je precisiewerk uitvoert
Bovenstaand lijstje is natuurlijk een gemiddelde. Hoe ouder we worden, hoe meer licht we nodig hebben om goed te kunnen zien. Als zestigjarige heb je drie keer zoveel licht nodig als een twintigjarige.
Stap 3: Weet het verschil tussen warm en koud licht
Een kamer kan nog zo mooi ingericht zijn, het verkeerde licht kan de sfeer totaal verpesten. Een te koele lamp boven de eettafel bijvoorbeeld zorgt voor weinig gezelligheid (en minder aantrekkelijke tafelgenoten!). Terwijl een te warme lamp op je werkkamer niet handig is als je je wilt concentreren. De temperatuur van de kleur van een lamp wordt op de verpakking aangegeven in ‘kelvin’, afgekort K:
- minder dan 3300 K wordt gezien als warm licht
- 3300-5300 K is neutraal licht
- hoger dan 5300 K wordt gezien als koud licht
Stap 4: Kies de juiste kleur
Veel moderne lichtsystemen in huis bieden ook kleurverlichting. Vaak zijn ze te bedienen met een simpel appje. Daar kun je je voordeel mee doen:
- Kun je vaak de slaap niet meer vatten na een nachtelijk wc-bezoek? Stel je verlichting ’s nachts in op rood licht voor een minder verstorend effect.
- Miljoenen jaren at de mens zijn maaltje bij het schijnsel van vuur. Oranje licht associëren we daarom nog steeds met warmte en gezelligheid. Bovendien zien je tafelgenoten er mooier uit bij oranje schijnsel.
- Ook in de slaapkamer doet oranje licht het goed (heb je geen kleurensysteem, dan kan ook een oranje lampenkap helpen). Niet alleen voor de aanmaak van melatonine, maar ook omdat de menselijke huid er goed uitziet bij oranje licht. Goed voor meer zelfverzekerdheid tussen de lakens.
- Blauwwit licht helpt je focussen in je werkkamer. Zorg wel dat dit blauwwitte licht van een lichtbron boven je komt, alsof het de lichtende hemel is.