Eet jij koolhydraatarm? Dan doe je er goed aan om meer vet te eten, aldus diabetesverpleegkundige Harriët Verkoelen. Hoe zit dat? Wij selecteerden vier inzichten uit het boek Diabetes overwinnen van Harriët Verkoelen.
1. Buikvet komt niet door vet eten
Bij buikvet horen we het woordje ‘vet’ en denken we al snel aan vet eten. Maar wist je dat buikvet niet ontstaat door vet eten? Nee, lichaamsvet wordt door je lichaam aangemaakt vanuit glucose. Ofwel: koolhydraten! Dit buikvet is schadelijk voor onze gezondheid. Streef je naar een gezonder gewicht, dan is het dus zinvoller om zinvoller om koolhydraatarm te eten dan om minder vet te eten, aldus Harriët Verkoelen in het boek Diabetes overwinnen. Natuurlijk is het nu niet de bedoeling dat je jouw lichaam volgooit met patat en mayonaise. Het zijn de onverzadigde vetten die belangrijk en gezond zijn voor het lichaam. Die worden gebruikt om andere stoffen op te bouwen, zoals immuunstoffen, ontstekingsremmers, hormonen en enzymen. Onverzadigde vetten vind je onder andere in vette vis, noten en olijfolie.
2. Je kunt langer teren op vet eten
Hoewel onverzadigde vetten vaak meer calorieën bevatten dan koolhydraten, leveren vetten ons ook meer energie op. Je kunt dus vaak langer teren op vetrijk voedsel, dan op koolhydraatrijk voedsel. We lezen in het boek van Harriët hoe dat zit: de glucose (koolhydraten) wordt door je lichaam omgezet in lichaamsvet, onder invloed van insuline. Insuline remt de vetafbraak, en die vetafbraak is nodig om af te vallen. Dat is dus juist niet de bedoeling.
3. Mager staat niet gelijk aan gezond
Magere producten bevatten vaak minder vet dan koolhydraatarme voeding. Denk je daardoor een gezonde keuze te maken? Logisch, maar het klopt niet. Minder calorieën betekent niet altijd een gezondere keuze. Zo bevatten magere producten vaak nog meer koolhydraten dan gewone producten, benoemt Harriët in haar boek. Deze koolhydraten zet je lichaam vervolgens om in nog meer lichaamsvet onder invloed van insuline. Zonder stimulering van insuline is je verzadiging groter en eet je dus vanzelf minder calorieën. Bovendien zijn producten met weinig vet vaak meer bewerkt dan bijvoorbeeld volle varianten. Denk aan volle en magere vruchtenyoghurt. De magere variant bevat vier keer zo veel koolhydraten als de volle variant.
4. Verwar koolhydraten niet met vezels
Vezels vallen technisch gezien onder de koolhydraten, maar blijven als vezels in de darmen achter. Hierdoor leveren ze geen glucose in het bloed. Ze heten ook wel netto koolhydraten. Vezels zijn belangrijk voor een gezonde darmwerking en goede stoelgang en essentieel voor een gezond voedingspatroon. Het is lastig het gehalte aan vezels van het totaal aantal koolhydraten af te trekken, maar dit mag wel. Op het etiket worden vezels meegerekend als koolhydraten. In groenten zitten meer vezels dan in granen. Daarom adviseert Harriët zo veel mogelijk verschillende groenten te eten. Groenten leveren ook nog belangrijke vitamine en mineralen.
Wil je koolhydraatarm brood maken? Lees hier hoe je dat doet.