Geef het maar toe: een klodder pindasaus bij je patatje oorlog – heerlijk! Ook je nasi, bami of gado gado is pas compleet met satésaus. Dat satésaus lekker is, is niet de discussie. Maar wat veel mensen niet weten, is dat het een suikerbom is. Bovendien kun je prima zelf satésaus maken.
Satésaus komt natuurlijk uit de Aziatische keuken. Maar dat zou je niet denken als je in Nederland bent. Op elke hoek van de straat vind je deze populaire saus; bij de Chinees, de snackbar, in de toko en de supermarkt. We doen deze pindasaus overal op; op de bami en nasi natuurlijk, maar het is dé hit voor het vlees van de barbecue en over je patat.
Hoe komt satésaus in Nederland?
Pindasaus is in ons land geïntroduceerd door mensen uit Indonesië die de vorige eeuw naar Nederland emigreerden. Het werd satésaus genoemd omdat het vaak bij saté geserveerd werd. Eerst was deze saus alleen te vinden in restaurants, maar vanaf de jaren zestig is satésaus ook te koop in de supermarkt. Satésaus veroverde in een korte tijd de harten van alle lekkerbekken van Nederland.
Maar lijkt ‘onze’ satésaus nog op de Aziatische versie? Nee. Volgens de Aziatische normen is onze satésaus veel te zoet. En dat klopt! We hebben een aantal sauzen bekeken en de we spotten regelmatig satésaus met 27 gram suiker per honderd gram suiker. Meer dan een kwart van je hap satésaus bestaat uit suiker.
Is satésaus gezond of ongezond?
Maar dan de belangrijke vraag: is satésaus gezond? Nee, helaas.. Hoewel de saus is gemaakt van gezonde pinda’s, is deze saus verre van gezond. En dat komt vooral doordat de saus barst van de toevoegingen zoals suiker en middelen die de textuur en houdbaarheid van de saus verbeteren. Dit maakt dat de saus een enorm bewerkt product is. De combinatie veel vet, veel suiker en veel toevoegingen verandert die satésaus in een minder voedzame keus. Helemaal als je je bedenkt dat de producten waar je de saus bij serveert (de snacks en de frietjes), ook niet bepaald voedzame keuzes zijn. Gelukkig zijn de vetten van de saus wel grotendeels onverzadigde vetten – dat is een kleine plus. Ook is de saus vaak wat minder zout dan ketchup of barbecuesaus.
Wil je toch pindasaus eten? Dan raden we aan zelf satésaus zelf te maken. En een beetje kok gaat de pinda’s zelf malen in de keukenmachine.
De beste en gezondste satésaus maak je zelf
Veel mensen kopen kant-en-klare satésaus. Het nadeel hiervan is dat kant-en-klare pindasaus onnodig veel suiker en smaakversterkers bevatten. En zo moeilijk is het niet om zelfgemaakte pindasaus te maken. Gezonder en lekkerder.
Dit heb je nodig: 200 gram 100% pindakaas – 1 ui – 2 teentjes knoflook – 1 eetlepel sambal – 2 eetlepels gemberpoeder – 1 eetlepel honing of palmsuiker – 1 deciliter tamari (glutenvrij) – water
Aan de slag: Fruit de ui in een pannetje en voeg de sambal toe. Na een halve minuut mag de knoflook erbij samen met de ketjap, honing, gemberpoeder en pindakaas. Roer het mengsel goed door. Blus de saus daarna met kleine scheutjes water af en laat het langzaam opwarmen. Als je een keukenmachine hebt kun je ook verse pinda’s gebruiken en deze in machine tot een glad geheel malen. Bak dit in olijfolie met wat ui en knoflook zacht bruin. Verdun het met sojasaus, water of melk en laten het geheel kort inkoken. Vergeet niet een klein beetje sambal er doorheen te doen!
Waar een frietje is, staat mayonaise en ketchup op tafel. Het zijn de klassiekers in het sauzenschap en de smaakmakers bij iedere vette hap. Alleen wat is de gezondste, goedkoopste en duurzaamste keus: ketchup of mayonaise? Dat lees je hier!
Volg ons ook op Instagram, Facebook en TikTok. Meer Gezondnu? Neem dan een kijkje in het magazine en schrijf je in voor de nieuwsbrief.