“Van de vrouwen tussen de 45 en 55 jaar die thuiszitten met een burn-out, heeft één op de drie geen burn-out maar overgangsklachten. Zij kunnen gewoon weer aan de slag als ze worden behandeld voor de overgang”, aldus de gynaecologen Pauline Ottervanger en Wilma Smit. Een pittige stelling. Wat vrouwen echt moeten weten? Start met kennis over het effect van oestrogenen op je humeur.
De puberteit is een enorme hormonale storm die we allemaal als vrouw hebben doorstaan. Maar als je rond je vijftigste in de omgekeerde puberteit komt, is die storm echt wat minder grappig. Je eierstokken stoppen met de productie van het hormoon oestrogeen en het effect op je lichaam daarvan is reusachtig. Opvliegers, zweetaanvallen – die kennen we. Ook je huid en gewicht krijgen een knauw. En je brein zucht en steunt onder het feit dat er minder oestrogenen zijn. Het gevolg daarvan kan slapeloosheid zijn, maar ook, angst, woede, onzekerheid en zelfs depressie. “Het is een genadeloze periode”, aldus Pauline Ottervanger.
Overgangsklachten; horen die erbij?
Pauline Ottervanger: “Ja. En dat is ook het vervelende, want het hóórt er ook bij. De overgang is een natuurlijk proces. Maar sommige vrouwen kunnen niet meer voor- of achteruit door die overgang. Hét voorbeeld is burn-out – wat we vaak niet eens zelf herkennen als burn-out maar gewoon wijten aan allerlei andere zaken. Want stel je voor: je bent 51 jaar, je kinderen zijn net de deur uit, je vent is echt minder aantrekkelijk dan twintig jaar geleden, op je werk vragen mensen aan je: ‘hoe lang moet je eigenlijk nog?’, je slaapt niet meer door opvliegers, je bent mantelzorger voor je ouders …. Dan denk je echt niet: hé, de reden van mijn problemen is het tekort aan oestrogenen. Nee joh, je zit gewoon diep in de put.”
Wilma Smit: “In de hersenen bevindt zich de stof serotonine, een stof die het stemmings- en slaappatroon regelt. Oestrogenen zorgen ervoor dat de voorraad serotonine op peil blijft. Als in de overgang de hoeveelheid oestrogenen daalt, kan dat leiden tot een tekort. Dit beïnvloedt je humeur, je kan zelfs depressief worden.
Maar als de eierstokken ermee stoppen, kun je er toch niets aan doen?
Pauline: “Als een orgaan het niet meer doet, moet je dat niet per se accepteren. Als je schildklier het niet meer doet, krijg je schildkliermedicijnen. Een hart dat het niet meer doet? Daar springt iedereen bovenop. Maar als je eierstokken het niet meer doen … jammer dan, het hoort erbij, het gaat wel weer over…. Nee! Het gaat niet over! En ja: er is wat aan te doen. Ik zeg echt niet dat hormonen zaligmakend zijn. Maar die vrouw van 51 jaar met dertig opvliegers op een dag en een chronisch slaapgebrek, kan met een paar jaar hormonen slikken echt door die vreselijke fase heenkomen. Ze bloeit op.”
Realiseren we ons wat het effect is van die oestrogenen-stop?
Pauline: “We kennen wel het woord opvliegers, maar wat het effect is op je huid, botten en hart, daar hebben vrouwen geen idee van. Dus bij klachten: doe iets, ga je niet thuis slecht lopen voelen. Niks burn-out! Je bent in de overgang en daar is wat aan te doen.”
Pauline Ottervanger en Wilma Smit schreven het boek ‘Wat elke vrouw moeten weten’ Een Gynaecologisch handboek voor de vrouw van 0 tot 100 jaar. Lees het interview in het aprilnummer van gezondNU.