Eerst carrière maken en dan pas aan kinderen denken. Of pas op latere leeftijd de liefde van je leven tegenkomen. Steeds meer vrouwen krijgen na hun 35ste een kind. Iedereen weet dat het risico’s met zich meebrengt, maar heeft het eigenlijk ook voordelen? Wij vroegen het een ontwikkelingspsycholoog en verloskundige.
Van alle kinderen die worden geboren, heeft bijna 25 procent een 35-plus moeder. Lonneke van Houten, verloskundige en coach, vertelt dat carrière maken een grote rol speelt in de keuze later een kind te krijgen: “Dat is heel logisch, vrouwen hebben dat dilemma veel meer dan mannen. Het kan best ingewikkeld zijn om een kind en een carrière te combineren.” Steven Pont, ontwikkelingspsycholoog stemt daarmee in: “Je hoort vaak dat de vrouw degene is die parttime gaat werken, maar carrière maken is belangrijker geworden. Daarbij komt dat als je al carrière hebt gemaakt, de kans groter is dat je meer financiële ruimte hebt voor een kind.”
Geen wilde haren
Dat is ook gelijk één van de voordelen van moeder worden na je 35ste. “Je hebt alle tijd gehad om je carrière neer te zetten en alle anderen dingen te doen die je wilde doen. Studeren, reizen en uitgaan, noem het maar op. Alles is tegenwoordig binnen handbereik. We willen zo veel doen, maar dat gaat niet tegelijk met kinderen krijgen. Bij jonge moeders merk ik vaak dat ze meer onvrede ervaren en het gevoel hebben tot “niets” meer te komen, terwijl ze de belangrijke taak hebben hun kind op te voeden. Toch is er onvrede, omdat ze vinden dat ze pas iets presteren als ze carrière maken.” zegt Lonneke.
Oudere moeders zijn al die wilde haren al kwijt en zijn vaak verstandiger. Die stabiliteit is misschien wel het grootste voordeel vanuit psychologisch, relationeel en financieel oogpunt. “Je hebt op die leeftijd meer levenservaring, waardoor je stabieler bent. Vaak heb je op dat punt al langer een relatie en ken je elkaar beter. Ook als je pas kort een relatie hebt, ben je realistischer. Je weet dat het in relaties soms niet mee zit,” aldus Steven.
Lichamelijk op je best
Eigenlijk neem je dus alleen vanuit medisch oogpunt een risico. Lonneke: “Van je 18e tot je 24e ben je lichamelijk op je best om kinderen te baren. Na je dertigste begint het allemaal wat lastiger te worden en zijn er risico’s, dat is de realiteit. Vrouwen trekken zich daar meestal niet veel van aan, omdat we nou eenmaal niet voor ons dertigste een kind willen krijgen.”
En dat mag ook: “We moeten de risico’s ook niet te letterlijk nemen, want bij veel vrouwen verloopt een zwangerschap na de dertig gewoon goed,” vertelt Lonneke. Maar je kunt er wel voor zorgen dat je zwangerschap zo goed mogelijk verloopt. Lonneke geeft een paar tips:
-
- Zorg ervoor dat je in een goede conditie bent en jezelf goed voorbereid.
- Raadpleeg een kinderwensspreekuur waarmee je op een rijtje kunt zetten hoe je gezondheid ervoor staat, welke ziektes er voorkomen in je familie en wat de risico’s zijn op jouw leeftijd.
- Denk na over wat je kunt doen om zo gezond mogelijk te zijn, stop bijvoorbeeld met alcohol drinken, neem foliumzuur en ga sporten.
Begin hier wel eerder mee dan het moment dat je écht kinderen probeert te krijgen. Zo houd je je lichaam fit, energiek en jong en heb je alles in huis om de zwangerschap zo goed mogelijk te voltooien.