Soms is verdriet zo groot, de pijn zo gigantisch en de boosheid zo onoverbrugbaar dat woorden tekort schieten. Maar hoe erg het allemaal is, er is een ding dat je wél kunt doen: luisteren. Door echt te luisteren, help je de ander verder. Deze drie valkuilen kunnen echt goed luisteren in de weg staan.
Valkuil 1: Te snel je eigen verhaal willen vertellen
“Als ik naar het verhaal van een ander luister, dan roept dat vaak herkenning op en wil ik mijn verhaal delen om de ander te laten weten dat ik hem snap, dat hij er niet alleen voor staat.”
Professioneel luisteraar Corine Jansen: “Dat begrijp ik! Vrijwel iedereen zal zich hierin herkennen en toch moet je daar voorzichtig mee zijn. Vanochtend sprak ik een man wiens zus een herseninfarct heeft gehad en die sindsdien een ander mens is geworden. Nou heb ik een vriendin die wel twee herseninfarcten heeft gehad en die er echt veel slechter aan toe is. Maar help ik die man ermee door dat te vertellen? Nee. Het zorgt er hooguit voor dat die man zich niet gehoord voelt. Alsof zijn probleem of verdriet niet groot genoeg is. Dat gebeurt vaak als je als luisteraar je eigen verhaal vertelt. Het gesprek verandert in een soort wedstrijd, waarbij mijn leed nog groter is dan het jouwe. En dat gebeurt vaak. ‘Oh, jouw kind heeft problemen op school. Nou, dan heb je die van mij nog niet meegemaakt!’ Of: ‘Heeft je zus kanker? Mijn tante overleed vorig jaar aan kanker.’ Houd daarmee op. Knijp je lippen op elkaar, tel tot tien en vraag je af: wat heeft de ander aan mijn verhaal? Een goede luisteraar kan zijn eigen verhaal even parkeren en laat vooral de ander praten. Merk je als luisteraar dat je het verhaal steeds meer naar je toetrekt? Laat de verteller weten dat je dit signaleert. Zeg bijvoorbeeld: ‘Ik merk dat ik alweer over mezelf bezig bent. Sorry hoor. Jij was misschien nog helemaal niet klaar met je verhaal of wel? Als dat zo is, wil ik je ook wat vertellen.’ Als je het zo brengt, dan hoeft het geen probleem te zijn om van rol te wisselen.”
Valkuil 2: Bang zijn voor stiltes
“Als goede luisteraar moet je zo veel mogelijk je mond houden.”
Jansen: “Nee, dat ook weer niet. Je moet niet te streng zijn tijdens een gesprek met een ander. De kunst is de ander volop de gelegenheid te geven om zijn verhaal te doen. Soms komt er vanzelf een stortvloed vrij, maar vaker kan je de ander op weg helpen door hem open en nieuwsgierige vragen te stellen. Het gaat dan niet zozeer om de ‘wat-vraag’, maar veel meer om ‘de hoe- en waarom-vraag’. Daarmee daag je mensen uit om hun probleem, verdriet of pijn zo goed mogelijk te formuleren. Door dat keer op keer te doen – dan weer tegen je partner, dan tegen je vriendin en vervolgens tegen je buurvrouw – krijg je steeds scherper voor ogen waar je mee zit en hoe je daarmee het beste kan omgaan. Wat is jouw aandeel in het geheel? Wat wil je eigenlijk zelf? Hoe zie jij de toekomst? Wat heb je nodig om je doel te halen? Mensen hebben vaak tijd nodig om alles in hun hoofd op een rijtje te krijgen en goed te formuleren. Wees daarom niet bang voor stiltes. Stiltes vormen vaak een aanloop naar een gesprek of een verdieping ervan.”
Valkuil 3: Te snel met advies komen
“Wanneer een bekende ziek is of hulp nodig heeft, dan heb ik (bijna) altijd wel een goed advies achter de hand.”
Jansen: “Vaak willen mensen ‘gewoon hun verhaal doen’ en dat is ontzettend belangrijk. Goedbedoelde adviezen? Wijze raad? Slik die maar even in. Wie ben jij om die überhaupt te geven? Wil je medische adviezen, dan klop je wel aan bij een dokter of therapeut. Als geliefde, ouder of vriendin ben je er vooral om de ander in zijn kracht te zetten. Niet om diegene onzeker te maken of te veroordelen. En dat is nogal eens het (bij)effect van die goede bedoelde adviezen. Mensen krijgen daardoor het gevoel dat ze niet genoeg doen of twijfelen of ze wel het juiste pad bewandelen. Belangrijk is dat we minder vaak zeggen wat ‘handig is om te doen’ en bijvoorbeeld vaker de vraag stellen: Wat heb je nodig? Want, hoe goed je de ander ook kent: je weet nooit precies wat de ander voelt of doormaakt. Laat staan dat je weet wat de verteller nodig heeft. Dat weet hij alleen zelf. Jij bent zelf namelijk je grootste krachtbron. De luisteraar zet de verteller in zijn kracht door naar hem te luisteren. De oplossing ligt namelijk heel vaak in het verhaal dat je vertelt.”
Wil je een betere luisteraar worden? Volg dan deze 5 tips van Corine Jansen.