Ben jij fan van sinaasappels, citroenen en grapefruits? Dan hebben we goed nieuws! Uit onderzoek naar het verband tussen diabetes en vitamine C blijkt dat mensen die veel vitamine C binnenkrijgen minder kans op diabetes type 2 hebben. Hoe zit dat? En hoe zorg je dat er genoeg vitamine C op jouw bord ligt?
De onderzoekers onderzochten ruim 5000 mensen die werden opgedeeld in vijf groepen op basis van de hoeveelheid vitamine C die ze innamen. Een deel van deze mensen had diabetes type 2 en een deel niet. Ze hielden naast het vitamine-C- gehalte ook rekening met de verschillen in gewicht, lengte, BMI, nuchtere bloedsuikerspiegels, bloeddruk, zuivelconsumptie, roken, totale energie-inname, consumptie van vezels, sociaal economische status, bewegingspatroon en rook- en drinkgedrag.
Wat is dan een ‘hoge’ vitamine-C-inname? Meer dan 155 mg per dag. De groep met deze inname had veertig procent minder kans op diabetes type 2. De groep met de laagste inname nam minder dan 63 mg per dag. Vitamine C heeft een antioxidantwerking. Antioxidanten vangen vrije radicalen. Dit zijn agressieve stoffen die schade kunnen geven aan cellen en weefsels. Voor de antioxidanten in vitamine C kunnen insulinegevoeligheid verbeteren en daarmee het risico op diabetes type 2 verminderen.
Rozenbottel en rode paprika
Krijg je niet genoeg vitamine C binnen? Probeer er dan in ieder geval voor te zorgen dat je de aanbevolen hoeveelheid groente en fruit eet. Twee stuks fruit en minstens 250 gram groente. Als dat niet lukt, zijn er ook producten die veel meer vitamine C bevatten dan sinaasappels. Hiermee kom je snel aan je dagelijkse hoeveelheid:
1. Rozenbottel: 560 mg per 100 gram
2. Rode paprika: 190 mg per 100 gram
3. Witlof: 112 mg per 100 gram
4. Kiwi: 98 mg per 100 gram
5. Broccoli: 93 mg per 100 gram
(Ter vergelijking: sinaasappel: 51 mg per 100 gram)
Pas wel op dat je niet te veel vitamine C binnenkrijgt. Meer dan 2 gram per dag kan leiden tot darmklachten of diarree.